Antwerpse Cine(ra)ma in 1963

L’embarras du choix

 

Volksgazet

‘Volksgazet’ – maandag 25 november 1963 – pagina 23

 

Tijdens de donkerste dagen van het jaar brengt de homo nostalgicus wat meer tijd dan gewoonlijk door op een zolder volgestouwd met oude kranten en tijdschriften, filmaffiches uit vervlogen tijden en programmablaadjes van verdwenen (en dikwijls al vergeten) cinema’s.
Tussen al dat vergeeld en broos papier vond ik zowaar een ‘Volksgazet’ gedateerd maandag 25 november 1963 (24 bladzijden voor 2,5 Belgische franken).
Iets meer dan een halve eeuw oud dus die krant, gedrukt enkele dagen na de moord op president Kennedy. Heel wat aandacht uiteraard voor de gebeurtenissen in Dallas en Washington. Daarnaast ook het gebruikelijke sportnieuws op maandag (Antwerp – Beerschot 1-1, doelpunten van Willems voor Beerschot en Eddy Wauters voor Antwerp!) en heel wat ‘botsingen’ (weekendongevallen zijn blijkbaar van alle tijden).
In de rubriek ‘Waarheen vandaag?’ staat de Antwerpse filmprogrammatie centraal. De scan van die rubriek is terug te vinden bovenaan deze blogpost.
Wie één en ander wat meer in detail wil bestuderen, klikt op de afbeelding.

The bigger, the better
‘Lawrence of Arabia’ en ‘The Birds’ waren eind november 1963 nog maar net van de affiche verdwenen of daar kondigden zich al een nieuwe reeks grote publieksfilms aan.
Het Hollywood-mantra ‘the bigger, the better’ was meer dan ooit van toepassing. Met historisch spektakel in de overtreffende trap trachtte men de massa terug naar de bioscoop te lokken.
‘The Great Escape’ draait voor een derde week in Ciné Rex (‘Antwerpens Prachtkinema’), in de Rubens vergaapt men zich aan Elizabeth Taylor als ‘Cleopatra’ en de Empire in de Appelmansstraat vertoont in Super Technirama het historisch epos ’55 Days at Peking’.
Wat een weelde!

 

Weekblad Cinema

‘Weekblad Cinema’ van 12 oktober 1963

 

Het waren andere tijden
Door de moordende concurrentie van de grotere zalen én de opkomst van de televisie beginnen een aantal kleinere bioscopen zich te specialiseren in licht-erotische films.
In Ciné Paris (De Keyserlei) draait, kan het toepasselijker, ‘Erotisch Parijs’, in de Plaza (Breydelstraat) vertoont men ‘Les Don Juans de la Côte d’Azur’ en in de Scala (Carnotstraat) ‘Liefdesverkopers’.
Al bij al redelijk brave films, maar de toon is gezet. Deze zalen (samen met ook nog de Royale op het Astridplein) zullen zich in de jaren ’60 verder manifesteren als ‘sekscinema’.
Terzijde: de Royale op het Astridplein vertoont nog steeds porno voor zowel gay’s als hetero’s. Journalist Stijn Tormans publiceerde in Knack van 19 oktober een hallucinant relaas over zijn bezoek aan Ciné Royale. Wie hiervan graag een kopie ontvangt, stuurt een mail naar antwerpen.kinemastad@hotmail.be.

Heylen komt op kruissnelheid
Wanneer we alle zalen uit de krant van toen optellen, komen we aan 31 cinema’s.
Ze zijn over de ganse stad verspreid, van Statiekwartier tot randgemeenten (de ‘Modern’ op het Kiel, de ‘Corso’ en de ‘Palace-Warande’ in Berchem, ‘Victory’, ‘Century’ en ‘Roma’ in Borgerhout …).
Een aantal bioscopen vinden we niet terug in de krant. Van de ‘Monty’, een zaal die toen nauwe banden had met de kerk, is de programmatie niet terug te vinden in de socialistische ‘Volksgazet’.
Als ik me niet vergis, worden 17 van de 31 bioscopen op dat moment al gecontroleerd door het Rex-concern van cinematycoon Georges Heylen.
In de buurt van het Centraal Station zijn dat Quellin, Savoy, Metro, Rubens, Rex, Odeon, Capitole, Pathé, Astrid, Vendôme en Astra.
In de stadsrand en de randgemeenten programmeert Heylen in de Festa, National, Palace-Warande (of Berchem Palace), Roma, Century en Victory.
We schreven in eerdere posts dat Georges Heylen zijn zalen duidelijk profileerde.
Dat was ook in 1963 al duidelijk merkbaar.
In Rex, Rubens en Pathé (deze laatste zaal was toen net overgenomen van de concurrentie) draaien de grote blockbusters.
In Astrid en Quellin staan er Duitse films op de affiche, in de Odeon (‘de cinema van de elite’) uiteraard een Franse film en de Capitole programmeert een Italiaanse peplum, toen het nec plus utra voor een B-zaal.

Lange levensduur van een film
De films beleven hun première in de sjieke exclusiviteitszalen van het centrum en sijpelen dan langzaam door naar de rand.
Zo was ‘The Longest Day’ in december 1962 in Antwerpse première gegaan in Ciné Rubens. Een jaar later circuleert de film nog steeds in de Sinjorenstad.
In de week van vrijdag 22 november 1963 (het filmprogramma wijzigde toen steeds op vrijdag) kon je de film zien in de Festa (Offerandestraat).
Een paar weken eerder stond ‘The Longest Day’ nog op de affiche in de Roma en de Palace. Voor de ‘Antwerpse Kinema Aktualiteiten’ reden genoeg om er een kort item aan te wijden. Dankzij het kanaal van Patsofilm op You Tube wanen we ons terug in één of andere Antwerpse cinema van 50 jaar geleden.

 

 

Overlevingsstrijd van de kleine, onafhankelijke cinema
De zalen in de rand bieden vaak een ‘double bill’ aan, twee films voor de prijs van één ticket. Dikwijls wordt hierbij een nieuwere film gekoppeld aan een oudere productie.
Ciné Forum (Brederodestraat) vertoont de Italiaanse griezel  ‘The Horrible Dr. Hichcock’ (1962, Riccardo Freda) in combinatie met ‘A Glass of Whiskey’ uit 1958.
In de Lange Koepoortstraat kan je in Ciné Lido terecht voor ‘The Main Attraction’ (1962) met Pat Boone en als tweede film ‘Bad Day at Black Rock’ (1955).
Het is een formule waarmee de wijkzalen het hoofd boven water trachten te houden.

Op zeker spelen kan ook met het hernemen van de succesfilms van vroeger.
In de Modern (Sint-Bernardsesteenweg) kan je opnieuw kijken naar de James Dean-klassieker ‘Giant’ (1956) en Ciné Ritz (pal in het Schipperskwartier, je vindt er nu Café d’Anvers) vertoont de somptuese Heminway-verfilming ‘A farewell to Arms’ (1957).

Desalniettemin komt het water soms tot aan de lippen van de kleine, onafhankelijke (buurt)cinema.
In het lezenswaardige ‘De verlichte stad’ (Daniël Biltereyst en Philippe Meers, Lannoo Campus, 2007) vonden we wat cijfermateriaal: ‘In het hele land sluiten bioscopen. Deze neergang is niet overal hetzelfde. Grootsteden, centrumsteden, verstedelijkte en landelijke gemeenten ervaren de crisis anders. Tussen 1960 en 1970 verliest Vlaanderen 55,6 procent van het aantal bioscopen. De grootste verliezen situeren zich tussen 1963 en 1967: in slechts vier jaar tijd verdwijnen 315 bioscopen uit de statistieken, 95 verdwijnen al in het eerste jaar’ (pagina 105).
Het zijn cijfers die boekdelen spreken.

 

Belgische filmaffiche voor 'The Great Escape' (1963, John Sturges)

Belgische filmaffiche voor ‘The Great Escape’ (1963, John Sturges)

 

Anvers Palace speelt zijn laatste troefkaart uit
Het Rex-concern zit in 1963 al in een luxepositie. Door zijn verscheidenheid aan zalen weet Heylen doorgaans de beste en interessantste films te krijgen van de distributeurs. Wanneer een prent is ‘uitgespeeld’ in één van de grotere zalen versluist Heylen de film naar een kleinere zaal en enkele weken later naar één van zijn cinema’s uit de rand.
Voor de concurrentie in het Statiekwartier wordt het steeds moeilijker om commerciële films vast te leggen. De Anvers Palace in de Appelmansstraat (een filmpaleis uit 1915 met 1400 zitjes) moet zich tevreden stellen met Franse films van kleine distributeur Royal Films of met hernemingen van oude Hollywood-successen.
Met de toneelopvoering van ‘My Fair Lady’ in de eerste maanden van 1963 probeerde de directie nog te diversifiëren, maar het was duidelijk dat andere maatregelen noodzakelijk waren om de zaal als bioscoop te laten overleven.
Een samenwerking met de Amerikaanse maatschappij Cinerama lijkt op dat moment de beste optie.

 

Cinerama

Artikel uit ‘Weekblad Cinema’ van 30 november 1963 (42ste jaargang – nummer 46)

 

Cinerama: ‘virtual reality-ervaring avant la lettre’
Cinerama is het projectiesysteem waarmee België voor het eerst had kennisgemaakt tijdens de Expo van 1958.
Patrick Duynslaegher omschreef het procédé als volgt: ‘Cinerama is een technisch omslachtige opname- en projectietechniek die begin jaren 50 werd gelanceerd en aan de basis ligt van de breedbeeldrevolutie. Bedoeling van de ontwikkelaars was een filmervaring te creëren die het hele gezichtsveld bestrijkt. Daarvoor werd een cameramonster met drie ogen in elkaar geknutseld dat elke actie op drie filmstroken vastlegde. Die werden dan synchroon in drie aparte cabines door drie projectoren gejaagd en samengevoegd tot één reusachtig beeld dat op een gigantisch gebogen jaloezieënscherm met een hoek van 146 graden werd geprojecteerd.
In combinatie met zeven magnetische geluidskanalen creëerde dit een halve eeuw geleden al een verbazingwekkende driedimensionale illusie die de toeschouwer het gevoel gaf om middenin de actie te zitten, een virtual reality-ervaring avant la lettre. Cinerama werd vooral gebruikt voor zogeheten travelogues, die de grootsheid van natuur, steden, landschappen en vreemde culturen bejubelden’ (Focus Knack, 4 november 2009).

Ciné Variétés in Brussel was eind 1961 de eerste Belgische zaal die werd uitgerust voor Cinerama.
De investeringen waren ingrijpend en duur: een nieuw filmscherm, een nieuwe geluidsinstallatie en grondige aanpassingen aan de zaal zelf (er moesten twee extra projectiecabines gebouwd worden). Bovendien was extra personeel nodig om al die projectoren te bedienen.
In een sector in crisis door dalende toeschouwersaantallen was een dergelijke investering niet evident.
Enkel de Anvers Palace volgde in november 1963 het voorbeeld van de Brusselse Variétés.

‘Anvers Palace’ wordt ‘Cinerama Palace’
Eind november 1963 sluit de Anvers Palace tijdelijk zijn deuren (reden waarom de zaal niet voorkomt op het overzicht in de ‘Volksgazet’).
De maatschappij Cinerama zorgt voor de nieuwe technische uitrusting van de zaal, de verbouwingen worden gefinancierd door de exploitant.
‘Cinerama Palace’ opent op 12 december 1963 met ‘How the West Was Won’, de epische western van Henry Hathaway en John Ford

Henri, een trouwe lezer van deze blog, herinnert zich een vertoning van ‘How the West Was Won’ kort na de première: ‘Er ging werkelijk alles mis qua techniek, .zoals je weet was dat toen met 3 projectoren die gelijktijdig moesten starten en ik denk dat ze toen tot 3 maal toe moesten herbeginnen. Er was bij die vertoning een bomvolle zaal en daar werd toen heel wat gemopperd over de slechte kwaliteit van de projectie’.
Eigen aan het procedé was ook dat je de storende naden tussen de drie filmstroken op het grote scherm bleef zien.
Uiteindelijk bleef ‘How the West Was Won’ 11 weken op de affiche staan in de ‘Cinerama Palace’.
In maart 1964 was er nog de vertoning van die andere speelfilm in het ‘3-strip’-formaat ‘The Wonderful World of the Brothers Grimm’ (1962, Henry Levin/George Pal) en nadien volgden nog een aantal Cinerama-travelogues (documentaires zoals ‘Seven Wonders of the World’ uit 1956). Maar al relatief snel schakelde de zaal terug over op ‘normale’ films.

Roemloos einde van de Anvers Palace
Achteraf kan men zich de vraag stellen of de peperdure aanpassingen aan de bioscoop geen maat voor niets waren. In Amerika besliste de Cinerama-directie om na 1963 te stoppen met het produceren van de ‘3-strip’-films. De facto waren de drie projectiecabines dus niet meer nodig en was de dure investering al verouderd nog voor ze goed en wel in gebruik was genomen. Er werden nog wel een aantal films onder het label ‘Cinerama’ uitgebracht (zoals ‘Battle of the Bulge’), maar deze waren opgenomen in ‘Ultra Panavsion 70’, een widescreen-formaat waarbij één projectiecabine volstond.

 

Programma Cinerama Palace

Programma Cinerama Palace – september 1966

 

In 1968 was de Anvers Palace  de laatste, grote Antwerpse centrumzaal die niet tot het Rex-concern behoorde. De directie was er zich van bewust dat de strijd verloren was.
De zaal werd verkocht aan projectontwikkelaars en ging tegen de vlakte. Dat was eerder ook al gebeurd met Ciné Empire, de zaal naast de Anvers Palace. Op de plaats van de Empire en de Anvers Palace kwam uiteindelijk het Empire Shopping Center.

Heylen was nu even alleenheerser in de buurt van het Centraal Station (de sekscinema’s buiten beschouwing gelaten). Maar dat een monopolie niet altijd goed is, zal begin jaren ’70 blijken wanneer Heylen in conflict komt met de grote Amerikaanse filmdistributeurs. Antwerpenaars die op dat moment de grote succesfilms willen zien, moeten uitwijken naar andere steden.

Ten slotte: wie zin heeft om te reageren of eigen bioscoopervaringen wil delen, kan dit altijd doen door te klikken op ‘een reactie plaatsen’.
Ik ben vooral benieuwd of er lezers zijn die herinneringen hebben aan de ‘Cinerama Palace’.
Ook scans van foto’s en programmablaadjes van de ‘Cinerama Palace’ mag je doorsturen.
Hiervoor gebruik je het mailadres antwerpen.kinemastad@hotmail.be. Interessant materiaal zal zeker worden gepost.

 

One Response to Antwerpse Cine(ra)ma in 1963

  1. cinantwerp says:

    Paul Corluy, jarenlang trouwe medewerker van het Rex-concern, liet me weten dat vanaf 28 augustus tot en met 5 november 1959 de film ‘Windjammer’ in cinema Rubens speelde.
    Deze documentaire over het Noorse opleidingsschip Christian Radich was opgenomen in ‘Cinemiracle’, eveneens met vier filmstroken: drie voor het beeld en één voor de zevenklank-sporen. Hier gebeurde alles vanuit één ‘kabien’ en twee projectoren hadden elk een spiegel om de naadfouten weg te werken.
    Meer info over ‘Cinemiracle’ lees je op Wikipedia: https://en.wikipedia.org/wiki/Cinemiracle
    Bedankt, Paul, voor je reactie.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: