De cinema’s van het Astridplein: Astrid en Savoy
juni 15, 2013 4 reacties
Toeristen en pendelaars die de City Delhaize op het Astridplein binnenstappen, zullen wellicht niet weten dat op die plaats Antwerpse cinemageschiedenis is geschreven.
Meer dan een halve eeuw stonden ze aan de westzijde van het Astridplein mooi naast elkaar: de cinema’s Astrid en Savoy. Wie het Centraal Station uitwandelde, zag uiteraard de Zoo en de Koningin Elisabethzaal, maar aan de andere kant van het plein trokken de kleurrijke calicots en de neonverlichting van beide bioscopen alle aandacht naar zich toe.
Een beknopte geschiedenis
Ciné Savoy
Op huisnummer 42 vertoonde impresario Jacques Souan in zijn Café Arabe aan het begin van de twintigste eeuw korte filmpjes tussen de variété-optredens.
In 1905 krijgt Souan officiële toelating om er regelmatige filmvoorstellingen te geven.
Samen met medevennoot Paul Doisy verbouwt Souan in 1912 het café Arabe tot een ‘knusse cinemazaal met klein balkon, goed voor 380 plaatsen’. (Frank Heirman in ‘Paleis om de hoek’, p. 172). Tegelijkertijd veranderde de naam in Kursaal.
In 1952 zorgde architect Rie Haan voor een vergroting van de zaal in opdracht van Frederic Doisy (zoon van). De capaciteit van de zaal kwam zo op 570 zetels. En ook een naamsverandering bleef niet uit. ‘Savoy’ verscheen in neon op de luifel.
Niet veel later kreeg Georges Heylen de zaal in handen. Het Rex-concern bleef de uitbating verzorgen tot begin 1988.
Ciné Astrid
In 1935 krijgt het Antwerpse Statieplein een nieuwe naam. Als hulde aan de dat jaar overleden Koningin Astrid veranderen de straatnaambordjes in ‘Astridplein’. Wanneer in 1938 op huisnummer 43 een nieuwe cinemazaal wordt gebouwd, is het niet lang zoeken naar een passende naam: Ciné Astrid.
Eerste uitbater is Karel Gyles.
Tijdens de oorlog legt de Duitse bezetter beslag op de zaal. Duitse soldaten kunnen er terecht voor een paar uur ontspanning.
In 1950 neemt Georges Heylen de Astrid over. Het is na de Rex de tweede zaal die onder de controle van de latere cinematycoon komt. Het is meteen het begin van het zogenaamde Rex-concern.
Architect Rie Haan (ja, hij weer) zorgt na de overname voor de nodige moderniseringswerken.
Ciné Astrid beschikte over 547 zitjes, verdeeld over parterre en balkon.
De zaal overleefde buur Savoy met enkele jaren. Met ‘The Addams Family’ (1991, Barry Sonnenfeld) beleefde Ciné Astrid zijn last picture show op 21 april 1992.
Dank aan Frank Heirman (‘Paleis om de hoek’) en wijlen Clement Wildiers (‘De kinema verovert de Scheldestad’ in Weekblad Cinema, nieuwjaarsnummer 1957) voor de historische weetjes.
Persoonlijke mijmeringen
Astrid en Savoy behoorden zeker niet tot mijn favoriete Antwerpse cinema’s.
In vergelijking met de grotere zalen op de de Keyserlei (Rex, Sinjoor) of de Metro in de Anneessensstraat hadden ze wat te weinig grandeur. Geen inkomhal of foyer en een wat benepen parterre. Op het balkon van beide zalen was het wel goed zitten en had je een perfect zicht op het scherm. Spijtig dat het balkon te dikwijls was afgesloten, waarschijnlijk om minder te moeten opruimen en schoonmaken.
Mijn mooiste herinnering aan de Astrid was een vertoning van ‘The Revenge of the Pink Panther’ in de kerstvakantie van 1978. De zaal zat bomvol en daverde van de lachsalvo’s. Het was mijn eerste kennismaking met inspector Jacques Clouseau.
En in een quasi lege Ciné Savoy zag ik het mini-meesterwerkje ‘Ferris Bueller’s Day Off’ van John Hughes (1986). Het was meteen ook de laatste keer dat ik de Savoy van de binnenkant zag.
Braaf vs. gedurfd
Voor cinemalopers uit de jaren ’70 en ’80 was het dikwijls vreemd opkijken toen ze op het Astridplein kwamen. De programmatie van de naast elkaar gelegen en quasi identieke zalen Astrid en Savoy lag mijlenver uit elkaar.
Ciné Astrid specialiseerde zich in die tijd vooral in familiefilms (Disney was één van de huisleveranciers), terwijl in de Savoy de Europese softcore-cinema hoogtij vierde. Het was de periode voor de grote doorbraak van de homevideo. Wie blote borsten en wild gestoei wou zien, moest wel naar de bioscoop.
De ‘Liebesgrüsse aus der Lederhose’-reeks, films met de prikkelende Italiaanse Edwige Fenech, de flauwe Engelse ‘Confessions of’-komedies… Allemaal waren ze te zien in de Savoy.
Dat contrast in programmatie was in de fifties en sixties veel minder uitgesproken. Beide zalen afficheerden vrij brave films met dikwijls een uitgesproken voorkeur voor de Duitse (heimat)film. De prachtige foto die je hieronder ziet (overgenomen uit de brochure ‘Cinema Roma’) is dan ook exemplarisch voor het soort films dat er toen te zien was.
Er was een groot publiek voor simplistische liefdesverhaaltjes opgeleukt met Duitse schlagers. Het was telkens aanschuiven om de nieuwe Romy Schneider, Conny Froboess of Peter Alexander te zien. Zelfs Robbe De Hert gaf toe ooit een fan te zijn geweest: ‘Toen ik veertien was, ben ik verslaafd geweest aan Duitse films. Marianne Hold was mijn idool. 52 Duitse films heb ik toen gezien’ (‘Spielberg is zo banaal, maar ik zie dat graag’, Frank Heirman in Gazet Van Antwerpen’ van 16/12/1997).
Persoonlijk blijf ik het vreemd vinden dat Vlaanderen zo kort na de Tweede Wereldoorlog de Duitse film erg genegen was.
De tanende belangstelling voor Duitse films in de jaren ’70 zorgde voor een wijziging in programmatie voor Astrid en Savoy.
Cinema Astrid werd meer en meer gebruikt om de blockbusters die eerder in de grotere Rex-zalen had gespeeld nog wat extra weken te gunnen. Zo herinner ik me dat ‘La Zizanie’ (1978, Claude Zidi), een ondermaatse De Funès-film meer dan 20 weken op de affiche van de Astrid bleef.
De Savoy moest het minder van de verlengingen hebben, maar meer en meer van films die het label ‘streng verboden onder de 18 jaar’ meekregen.
Een klein staalkaartje van de films die doorgaans te zien waren in de Savoy: ‘Three Swedish Girls in Hamburg’, ‘Sunshine Reggae auf Ibiza”, ‘Summer night fever’, ‘Liebesgrüsse aus der Lederhose’ (en zijn 1001-variaties) …
Gelukkig was er af en toe ook ruimte om wat gedurfder te programmeren. De debuutfilm van Hugo Claus (‘De Vijanden’, 1967) kreeg zijn Antwerpse première in de Savoy. En ‘Brussels by Night’ van Marc Didden zag ik voor het eerst vanop het balkon van diezelfde cinema in december 1983. En een week later stond zowaar de Bowie-concertfilm ‘Ziggy Stardust and the Spiders from Mars’ op de affiche van de ‘gezelligste zaal van Antwerpen’.
Decline and fall of the Heylen empire
Inventief was Heylen wel wanneer het ging over besparingen op de personeelskosten. Zo gebeurde het in de jaren ’80 regelmatig dat filmkijkers voor de Savoy hun ticketje moesten kopen bij de kassadame van Ciné Astrid.
En door op balkonniveau een opening te maken in de muur tussen Astrid en Savoy was er nog slechts één operateur nodig om de twee projectiecabines te bedienen.
Door de opkomst van de VHS-cassette in het midden jaren ’80 kelderde de ticketverkoop voor de softe erotiek.
Cinema Savoy kreeg daarom in 1987 nog een laatste opwaardering. De zaal speelde weer volop de hits uit de Rex , Metro of de Sinjoor verder (‘The Color of Money’, ’Ruthless People’ …).
Het mocht echter niet baten. In januari 1988 sloot de Savoy definitief de deuren.
Het pand werd door Heylen nog een aantal jaren gebruikt als opslagplaats voor allerlei cinemamateriaal.
Voor Ciné Astrid was er enkel uitstel van executie. De programmatie bleef al bij al vrij aantrekkelijk, met een goede mix van oude en nieuwe Disney-producties en ander familie-vriendelijk entertainment.
Een paar keer pakte de zaal zelfs uit met premièrefilms van topfilms, weliswaar samen met een andere (grotere) zaal. Zo ging ‘Indiana Jones and the Last Crusade’ tegelijkertijd in première in Rex en Astrid, hetzelfde gebeurde met ‘The Naked Gun 2 ½’ (première in Sinjoor en Astrid).
Het bracht evenwel weinig zoden aan de dijk. Investeringen aan de zaal bleven uit, zodat zowel aan binnen- en buitenkant de Astrid een wat uitgeleefde indruk naliet.
In april 1992, enkele maanden na de sluiting van Ciné Sinjoor en Ciné Vendôme, was het ook voorgoed gedaan voor Ciné Astrid.
Uitsmijter
Kleine bekentenis: één van mijn eerste cinema-ervaringen was ‘Hurra, die Schulle Brennt’ (1971, Werner Jacobs) met het kindsterretje Heintje. Samen met mijn ouders zag ik de film in de Merksemse Ciné Tosca op de Bredabaan. Ik vond het fantastisch.
Met veel plezier ontdekte ik in het archief van Patsofilm een waar pareltje voor alle Heintje-fans. De film ‘Ein Herz geht auf Reisen’ (1969, Werner Jacobs) kreeg zijn avant-première in Ciné Astrid.
Let op de sfeervolle verlichting van het Astridplein, de aanschuivende mensenzee aan Ciné Astrid, de mini-rokjes op het podium en de onvergetelijke Willy De Groot , de Showbizz Bart van de seventies. Those were definitely the days!
Wist-je-datjes:
- In de kerstvakantie van 1987 vertoonde de Savoy als laatste film de originele versie van ‘The Rescuers’, een herneming van de Disney-tekenfilm uit 1977.
- Cinema Astrid programmeerde op dat moment de Nederlandstalige versie van dezelfde film.
- Lange tijd lagen er drie bioscopen naast elkaar op het Astridplein. Rechts van Ciné Savoy was er de Studio Movy, ‘een kleine, zeer intieme zaal waar vooral Franse films werden uitgebracht en die daardoor alleen al een ongunstige reputatie had bij een gedeelte van het publiek’ (Jozef van Liempt in ‘Cinema Magazine’, nummer 86 van januari 1985).
Brigitte Bardot stond er regelmatig op de affiche, later was er ook de Franse nouvelle vague met ondermeer de Antwerpse première van ‘A Bout de Souffle’ (1960, Jean-Luc Godard).
‘De klanten van de Studio Movy schoven aan richting Carnotstraat, die van de buren Savoy en Astrid richting Centraal Station’, schrijft Frank Heirman in ‘Paleis om de hoek’. Studio Movy sloot zijn deuren in 1964. - Aan de kant van de Zoo is er nog steeds een cinema: cinema Royale. Twee zaaltjes met pornofilms op het programma.
Ooit hadden de zaaltjes een betere reputatie. Begin 1984 verbouwde de Calypso-groep een bestaande cinema (de Royal, toen ook al met films voor volwassenen) tot een moderne, maar zielloze duplex.
De Calypso Zoo-zalen wisten echter nooit een publiek te bereiken. Na enkele weinig succesvolle jaren kwam er een einde aan de Calypso-periode. - Heylen verkocht de Savoy en de Astrid in 1992 aan een projectontwikkelaar. De opbrengst van de verkoop was een doekje voor het bloeden. Een jaar later was er immers het algemene faillissement van het Rex-concern.
Vele jaren bleef de locatie één van de meest zichtbare Antwerpse stadskankers. Pas in 2004 werd begonnen met de afbraak van de zalen. Enkele jaren later kwam er een City Delhaize in de plaats.
Opmerkingen, aanvullingen, reacties … op deze blog zijn meer dan welkom. Stuur een mail naar antwerpen.kinemastad@hotmail.be of reageer rechtstreeks via ‘een reactie plaatsen’.